Het Smekja paleis ligt in het centrale deel aan de rand van Perast, naast de kerk van Sveti Marko. Het paleis bestaat uit twee delen. Het oudste, gebouwd in 1764, gelegen tussen de weg langs de kust en de oude weg, en een meer recent deel dat werd gestart in 1764 en voltooid in de jaren ’30 van de 20e eeuw. Smekja paleis is het grootste paleis in Perast. Het is volledig gebouwd uit steen van het eiland Korčula.
Het paleis heeft een begane grond, twee bovenste verdiepingen en een belvedère. Op het niveau van de eerste verdieping bevindt zich een groot terras langs de hele gevel, en op de tweede en derde verdieping zijn er balkons met balustrade. Aan de ingang van het paleis liggen de heraldische insignes van Čizmai Kazada, een hand met een steel van een plant (“čičimak”) met sterren, die het symbool zijn van de familie Smekja. Het nieuwe deel van het paleis werd voltooid in 1936, met als model de reeds bestaande begane grond en eerste verdieping, in dezelfde stijl en van hetzelfde materiaal. In beide delen van het paleis bevond zich in 1936 een kledingfabriek met de naam “Jadran Perast”. De vorm van het gebouw is van eenvoudige stijl, maar de deurkozijnen en vensterbanken weerspiegelen deels renaissancistische eenvoud in de lijnen, terwijl de vorm van de bovenste dorpels met schelpvormige decoratieve motieven en algemene decoratieve kenmerken van het gebouw, inclusief de stilering van balustrades met renaissance rozetten hebben ook een vleugje barok.
Hier vinden we ook een kenmerk van oude kustarchitectuur, een gebogen gesloten kruispunt over de hoofdstraat die de twee plaatsen met elkaar verbindt. Monumentale passage met kruisvormige bogen en portaal in het groen draagt het bouwjaar en de heraldische insignes van de familie, en naast de doorgang is er een kleiner portaal dat naar het lagere paleis leidt. Smekjas, een familie die toebehoort aan Čizmai Kazada, als zeelieden, kan al heel vroeg worden getraceerd, al in de tweede helft van de 16e eeuw. Petar Smekja maakte zijn familie economisch succesvol, met de scheepshandelsonderneming. Met het varen van het schip “Leon Coronato”, droeg hij bij tot de economische banden tussen de Baltische staten en Venetië in 1746. Al in 1748 kreeg hij de titel “konte” (graaf) en in 1779 werd het gezin opgenomen in de adel van Kotor. Het paleis kijkt uit op de eilanden Sveti Đorđje en Gospa od Škrpjela, die behoren tot de meest waardevolle monumenten van het culturele erfgoed van Montenegro.